LTO Ledenbrief Landbouwakkoord

Beste leden, Vòòr Hemelvaartsdag had er een concept-landbouwakkoord moeten liggen. Maar tijdens de laatste hoofdtafel, vorige week woensdag 17 mei, constateerden we dat de teksten zoals die op tafel lagen opnieuw onvoldoende waren. Wat volgde was een 24-uurs vergadermarathon waarbij zelfs minister-president Mark Rutte in de loop van de nacht aanschoof. Het laat zien hoeveel belang het kabinet eraan hecht om met agrarische partijen tot een landbouwakkoord te komen. Tegelijkertijd zaten de onderhandelingen inhoudelijk muurvast. Thema’s Wat LTO betreft zijn er vier onderwerpen waarop nog forse stappen moeten worden gezet: - Financiering van landschapsdiensten. LTO vindt het van belang dat landschapsdiensten en agrarisch natuur- en landschapsbeheer (ANLb) wordt vastgelegd in langjarige contracten (met een looptijd tot 18 jaar), waarbij de financiering ook langjarig verzekerd is. - Bescherming van boeren die door willen gaan. - Mest en grondgebondenheid. LTO is voorstander van beleid dat kijkt naar bedrijfsspecifieke emissies. Die kunnen worden gemeten en daarop kunnen boeren sturen. Wat ons betreft moet dit worden uitgewerkt in een ‘afrekenbare stoffenbalans’: laat boeren en tuinders weten welke doelen ze moeten bereiken en geef hen ruimte om daar zelf invulling aan te geven. Dit thema is aan de onderhandelingstafel nog volop in beweging. Het kabinet kijkt helaas naar de introductie van nieuwe, sturende middelvoorschriften als GVE- en graslandnormen. Wij vinden dat het kabinet volledig op het verkeerde spoor zit met die norm. - Het proces rondom de PAS-melders en interimmers. Zoals bekend: voor LTO is het een harde randvoorwaarde dat PAS-melders en interimmers zicht hebben op legalisatie. Hoe verder Hoewel de voorstellen op deze thema’s nog niet voldoende zijn, heeft het kabinet ervoor gekozen om nu al een (eerste) doorrekening uit te laten voeren door o.a. het Planbureau voor de Leefomgeving. Dit zal twee à drie weken in beslag nemen – en pas daarna komt de hoofdtafel weer bijeen. Wat LTO betreft moet dat dan ook echt de laatste sessie zijn. We hebben al tweemaal eerder afgesproken dat we ‘ja’ of ‘nee’ zouden zeggen tegen een concept-landbouwakkoord – driemaal is scheepsrecht. Tegelijkertijd zullen we ook de komende weken in gesprek blijven; met andere agrarische organisaties, met het ministerie van LNV en ook intern met onze eigen sectoren en vakgroepen. Voor dit moment is het kabinet aan zet. Om tot een conceptakkoord te komen dat we daadwerkelijk aan onze leden voor kunnen leggen, moeten nog forse stappen gezet worden. Als wij van mening zijn dat het akkoord onvoldoende is, zullen we het niet aan u voorleggen. We hopen dat het kabinet deze handschoen oppakt en bouwt aan een akkoord dat boeren en tuinders werkelijk perspectief biedt, en zo bijdraagt aan het herstel van vertrouwen. Met vriendelijke groet, Sjaak van der Tak Voorzitter LTO

Mislukt landbouwoverleg laat verhoudingen zien: 'Boeren kunnen achterover leunen'

[quote]"Voor het kabinet is het zeer belangrijk dat er een akkoord komt. Dat zag je ook aan het feit dat Rutte erbij kwam." Voor de boeren ligt dat anders, zegt De Snoo. "Dat betekent ook dat boeren een beetje achterover kunnen leunen. De LTO zegt ook steeds dat de bal bij het kabinet ligt."[/quote] Mislukt landbouwoverleg laat verhoudingen zien: 'Boeren kunnen achterover leunen' Het is niet verrassend dat het kabinet en boerenorganisaties ook na bijna 24 uur onderhandelen geen akkoord hebben gesloten over de toekomst van de landbouw. Dat vindt Esther de Snoo, hoofdredacteur van Nieuwe Oogst, een weekblad voor boeren en tuinders. "De boeren hebben verschillende ijzers in het vuur. Mest en geld zijn belangrijke pijlers. Daar wil LTO duidelijke en harde afspraken over maken", zegt ze. Een belangrijk twistpunt is hoeveel geld er beschikbaar gesteld wordt aan de boeren voor natuurbeheer. De partijen zijn het ook nog niet eens over de bescherming van boeren die door willen gaan en de legalisering van PAS-melders, boeren die buiten hun eigen schuld werken zonder natuurvergunning. Het gaat verder over de grondgebondenheid. Bij een grondgebonden melkveehouderij zorgt de boer voor een gesloten voer- en mestkringloop. Voer en mest komen van het land en het vee van de boer of uit de buurt van de boerderij. Koeien per hectare Ook wordt met de grondgebondenheid de hoeveelheid koeien per hectare grasland bepaald. "Dat vinden de boeren ongelooflijk moeilijk, die willen eigenlijk helemaal geen norm", zegt De Snoo. Want dat betekent dat ze hun bedrijf moeten aanpassen, met minder koeien of meer grond om door te kunnen met hetzelfde aantal koeien. En dat moet je als bedrijf wel kunnen opvangen."

Overleg over landbouwakkoord onder hoogspanning, Rutte in de nacht aangeschoven

Betrokken organisaties hebben in Den Haag urenlang onderhandeld over het akkoord. Op een landgoed aan de rand van Den Haag wordt door partijen nog altijd gesproken over een landbouwakkoord. Rond 01.00 uur schoof ook premier Rutte aan. Een betrokkene zegt tegen de NOS dat hij erbij is gekomen in een ultieme poging om tot een akkoord te komen. Aan tafel zitten ook nog landbouworganisatie LTO en minister Adema. Anderen partijen zitten elders in het gebouw en wachten de uitkomst af. Het overleg is al uren gaande. Hoe het er precies voor staat, blijft onduidelijk. Zowel LTO als de minister sprak vorige maand over het belang om er medio mei uit te komen. Volgens bronnen rondom de onderhandelingen is er duidelijkheid over de beperkingen en verplichtingen die boeren zullen worden opgelegd, maar is minder helder hoe het verdienmodel voor boeren er dan uit moet zien. Daarnaast zou er nog discussie zijn over het eventueel vastleggen van een maximumaantal koeien per weiland. Eerder lekte er al een nota van het ministerie van Landbouw, waarin staat dat de minister verwacht zo'n 6,7 miljard euro nodig te hebben om de maatregelen uit het landbouwakkoord uit te voeren. Of het kabinet zo'n bedrag wil betalen en hoe dat geld dan verdeeld wordt, is nog niet duidelijk. Andere maatregelen die naast het maximum aantal koeien besproken worden, zo blijkt uit het document, zijn technische maatregelen zoals emissiearme stallen, het aanpassen van veevoer, minder gewasbeschermingsmiddelen, meer mestverwerking en emissiearm uitrijden van mest en maatregelen zoals het verhogen van het waterpeil en duurzaam bodembeheer. Ook is er nog discussie over de productierechten van boerderijen die ermee stoppen. Zo is het de vraag of het recht om dieren te houden in dat geval kan worden overgedragen op iemand anders dan directe familieleden.

'Belangstelling voor uitkoop komt van andere boeren dan waar de minister op hoopt'

Agrarisch makelaars stellen vast dat er onder boeren wel interesse bestaat voor de uitkoopregelingen van de overheid, maar er bestaat twijfel of de belangstelling zich gaat vertalen in het aantal transacties waar het kabinet op hoopt. "Boeren met een florerend bedrijf zullen zich niet laten verleiden om te stoppen, is mijn inschatting", zegt Jos Ebbers, agrarisch makelaar in Friesland en voorzitter van de vakgroep Agrarisch & Landelijk van makelaarsvereniging NVM. "Voor boeren die geen opvolger hebben en dicht tegen hun pensioen aan zitten, is het een ander verhaal. Maar de vraag is of zij kwalificeren als 'piekbelaster'." Eind mei maakt het ministerie van LNV de exacte criteria bekend en kunnen boeren via een digitaal loket zien of zij voor een van de uitkoopregelingen in aanmerking komen. Voor veehouderijbedrijven die worden gekwalificeerd als piekbelaster biedt het ministerie 100% van de marktwaarde van de geschrapte dierrechten en 120% van de waarde van hun stallen. Er komt een vergoeding voor sloopkosten en de grond blijft in eigendom van de veehouder. Makelaars merken op dat bij de vergoeding voor de stallen niet de marktwaarde wordt uitgekeerd, maar de gecorrigeerde vervangingswaarde. Aan de hand van de grootte en het bouwjaar wordt de hoogte van de vergoeding bepaald. De onderhoudsstaat en functionaliteit speelt geen rol. Dat kan nadelig uitpakken voor bedrijven die oudere stallen onlangs hebben gerenoveerd en uitgerust met moderne technieken. Een andere drempel is dat een veehouder die deelneemt aan de regeling niet meer in dezelfde sector in Nederland of de Europese Unie een nieuw bedrijf mag starten. Het gaat vaak om goedlopende bedrijven, waar het ministerie zich met de uitkoopregeling. Die willen graag actief blijven in de sector, waarin ze nu werken. De makelaars verwachten dat vooral veel oudere boeren zonder opvolger zich zullen aanmelden voor de uitkoopregelingen. Het gaat vaak om ondernemers die al voornemens waren om binnen enkele jaren te stoppen. Dat proces wordt met de regeling nu wat naar voren gehaald. Het gaat hier echter vaak om wat kleinere bedrijven met een relatief lage stikstofbelasting op de natuur. bron: Financieele Dagblad

LTO: ‘De Groot (D66) moet uitspraak terugnemen’

LTO is verbolgen over de uitspraken van D66-Tweede Kamerlid Tjeerd de Groot in de Telegraaf van vandaag waarin hij met betrekking tot het Landbouwakkoord stelt dat de handtekening van LTO ‘niets’ waard is. Dat is opnieuw een respectloze uitspraak van de landbouwwoordvoerder van de tweede coalitiepartij van Nederland. LTO eist dat deze uitspraken worden teruggenomen. Het is onwerkelijk om met een kabinet te onderhandelen over herstel van vertrouwen en een wenkend toekomstperspectief als één van de coalitiepartijen zich op deze manier uitlaat. De uitspraken van De Groot zijn wat LTO betreft extra opvallend omdat D66 vóór een eerdere motie om tot een Landbouwakkoord te komen heeft gestemd. Bovendien is de partij onderdeel van het kabinet-Rutte IV dat vorig jaar de aanbevelingen van Johan Remkes onomwonden heeft overgenomen. Aanbevelingen die als essentie hebben: werken aan het herstellen van vertrouwen, verbeteren van het gesprek tussen overheid en de agrarische sector, en het schetsen van een wenkend toekomstperspectief. Het (proberen te) komen tot een Landbouwakkoord is daarbij een essentieel middel en is door het kabinet stevig opgepakt. Dat vervolgens op deze manier over een van de onderhandelende partijen in dat akkoord wordt gesproken, is ronduit ongepast. LTO-voorzitter Sjaak van der Tak: “Veel mensen werken op dit moment keihard om te komen tot een akkoord dat stappen zet in het herstellen van vertrouwen én een wenkend perspectief moet bieden voor boeren en tuinders. Of dat gaat lukken is zoals bekend lastig; op de inhoud schuurt het en dat hoort ook zo in een volwassen proces. Maar als een coalitiepartij zich niet meer op de inhoud maar op een van de deelnemers van het akkoord stort, dan kan ik dat niet anders dan ernstig noemen. Het schaadt het aanzien van de politiek. Deze onnodig polariserende en grievende uitspraken moeten van tafel worden genomen door D66, door Kamerlid Tjeerd de Groot.”

Vraag/oproep aan de minister!

Bij deze doe ik een oproep aan de minister van: LNV, N en S, I en W. Naar aanleiding van het CDM en CBS rapport over het rendement van emissie arme technieken, heeft de minister aan WUR een onderzoeksopdracht uitgezet. Deze onderzoeksopdracht had de volgende vraagstelling: - is de NP methode nauwkeurig genoeg om verschil in N verliezen tussen staltypes vast te stellen En - met de NP methode vaststellen of er sprake is van significante verschillen in N verliezen tussen traditionele en emissie arme staltypes Dit onderzoek is uitgevoerd in verschillende veehouderij sectoren. Screenshot 1: voorpagina van het concept wat sinds begin maart gepresenteerd is Screenshot 2: de belangrijkste conclusies. Toelichting op de NP methode. De verhouding tussen stikstof en fosfor in de mest zou moeten wijzigen bij emissie reducerende technieken. Op basis van geanonimiseerde KLW data van de jaren 2018, 2019 en 2020 en CBS cijfers zijn de twee onderzoeksvragen beantwoord. Vraagstelling aan de minister: - Waarom wordt dit zeer relevante onderzoek met opzienbarende resultaten al sinds begin maart onder de deurmat op het ministerie gehouden. - Waarom communiceert de minister niet met de tweede kamer inzake deze opzienbarende resultaten. - Hoe denkt de minister en provincie besturen , die de technieken via wetgeving en beleidsregels voorschreven aan veehouders, ontbrekende depositie ruimten in de vergunningen te repareren. - Heeft de minister een voorziening in het budget opgenomen om schade op veehouderij bedrijven te compenseren. - waarom wordt deze relevante informatie achtergehouden bij landbouw akkoord onderhandelingen en provinciale coalitie onderhandelingen? Verzoek aan de minister: communiceer zo spoedig mogelijk , deze week nog, met de tweede kamer over dit dossier. Tweede kamer leden , bevraag de minister over dit dossier aan de hand van de beschikbare informatie in dit bericht.

HiepHiephieperdepiep.....mogelijke oplossingen voor PAS knelgevallen in zicht.....(met als bijvangst, een landbouw akkoord)

Uit de ministerraad van afgelopen woensdag Agenda punt 18. Notitie inzet stikstofruimte SSRS (Minister voor N&S) Zie MR 21 april 2023, pt.15b1 Op dit moment staat een beperkte hoeveelheid stikstofruimte in het SSRS, afkomstig van de Saneringsregeling varkenshouderij (Srv) en binnenkort wordt de eerste ruimte uit de Maatregel Gerichte Aankoop (Rpav-1) opgenomen. Door de huidige systematiek van prioritering blijft relatief veel ruimte onbenut. Dat is niet wenselijk in het licht van de verschillende grote maatschappelijke opgaven, in het bijzonder die van het legaliseren van de PAS-meldingen en woningbouw. In de notitie worden alternatieven op de huidige systematiek geschetst die tot meer kansen leiden om alle stikstofruimte die benut kan worden, ook daadwerkelijk in te zetten. Bovenstaande werd behandeld in de ministerraad deze week en werd aangenomen. De minister van N en S wil de mogelijkheden van het stikstofregistratiesysteem (SSRS) verder op rekken om ruimte voor PAS knelgevallen maar ook bouw te creeren. Het SSRS wordt gevuld met bronmaatregelen. Maar dat vullen schiet niet zo lekker op. En de druk loopt op...er is een ultimatum dat op 8 mei afloopt, terecht is zicht op legalisatie PAS knelgevallen daar een onderdeel van. Verder gaat er in de Haagse wandelgangen rond dat er een Kamerbrief onderweg is om aan het ultimatum inhoud te geven . Welke mogelijkheden heeft de minister nog meer om het SSRS te vullen? Bronmaatregelen...,..nu hebben we allemaal bufferstroken opgelegd gekregen. Expliciet is geregeld dat daar niet op bemest wordt. We hebben 330.000 km sloot in Nederland ( zie screenshot), gemiddeld 1.5 m bufferstrook ( 1, 3 en 5 meter) , dus dit levert in ieder geval 50.000 ha onbemeste grond op. De heren Erisman en de Vries gaven een paar weken in hun opstel aan dat er gemiddeld 58 kg NH3 emissie aan een ha landbouwgrond kleeft. Grond in een bufferstrook wordt in de uitvoeringsregeling expliciet uitgesloten als zijnde landbouwgrond voor de Meststoffenwet. Dus men creërt 2.9 kton ammoniak emissie ruimte, wat gelijk staat aan 20 mol depositie ruimte per ha. (mogelijke nieuwe drempelwaarde.....) Voorwaarde om het als bron maatregelen in te boeken voor het SSRS zijn dat de bron maatregelen of passend beoordeeld zijn of afkomstig zijn uit de periode van voor het aanwijzingsbesluit, het zogenoemde bestaand gebruik. Landbouwgrond voldoet aan die voorwaarden (ook de rechtsspraak heeft dat onlangs zo bevestigt) Dus v d Wal heeft waarschijnlijk met een schuin oog naar Overijssel gekeken ( waar pas melders handhaving ontlopen door provinciale pachtgronden uit te sluiten van bemesting) En voila....de eisen van de laatste der mohikanen aan de hoofdtafel (LTO, NAJK en Biohuis) worden ongewild....nu nog tekenen bij het kruisje..... ps. Eerste screenshot laat zien hoe je in Aerius landbouwgrond inboekt om depositie ruimte te creëren, tweede geeft het aantal km sloot aan.

Voeg gebieden met Blauwgrasland zo veel mogelijk bij elkaar

Blauwgrasland Blauwgrasland staat hoog genoteerd in Natura 2000 gebieden en is flink zuur(N)gevoelig Dat betekend strenge beperkingen voor alle veehouderij tot 25km afstand van zo’n gebied(je) Maar wat is blauwgrasland nu eigenlijk? Het is in in cultuur gebracht veengebied waar voorheen struiken, bomen (Holland betekend houtland) moerassen waren doorsneden door riviertjes e.d.. Die natuur is ontgonnen ergens een 1000 jaar geleden, er zijn sloten en greppels gegraven, geëgaliseerd en er is grasland van gemaakt. Cultuurgrond dus, maar sommigen stukken lagen erg ver van de boerderijen. Boerderijen die veelal als een lint werden gebouw langs een rivier(tje) Dat kilometers ver verwijderde land kwam nimmer mest op en wat betreft ontwatering (bemaling) kwam het ook achteraan Wel werd er gehooid en het gewas dat groeide werd afgevoerd. Roofbouw dus, en dat eeuwenlang. Veel kwam er daardoor niet af. Het leverde op den duur een bepaald plantenbestand op, dat nogal afweek van ander grasland en zeker tegenwoordig als erg zeldzaam beschermt wordt . Ook op grasland langs boezemkades waar de ongeveer 30cm teeltaarde werd afgegraven in de loop der eeuwen om de kades op te hogen en te versterken. daar kwam ook zoiets ook wel voor. - Met verdwijnen van de hennepteelt( die vroeg veel mest) de ruilverkavelingen, de hogere veebezetting, kunstmest e.d. verdwenen die blauwgraslanden in snel tempo en werd het beter en normaal grasland. Maar enkele stukken zijn overgebleven en worden nu extreem beschermt in de daar voor aangewezen Natura 2000 gebieden. Het zijn dus geen stukjes overgebleven natuurgebied. Maar het zijn stukjes overgebleven cultuurgrond met speciaal beheer. En ze moeten ook als cultuurgrond beheert worden (bemalen, sloten jaarlijks schonen) enz. anders verdwijnen al die plantjes ook in enkele tientalle jaren == Zo'n gebied is extreem zuur(Stikstof) gevoelig wat mede veroorzaakt word omdat er geen drijfmest op mag. Drijfmest heeft n.l. basisch effect, en de naast gelegen gronden hebben totaal geen last van verzuring. Mijn oproep is: Voeg dit Blauwgrasland, wat als zeldzaam is uitgeroepen, zo veel mogelijk samen. Dat zoiets kan dat is bewezen, daarnaast is er geen reden om vanuit de historie het allemaal versnipperd te laten. Het totale probleem voor de omgeving zouden op die manier aanmerkelijk worden ingeperkt.

'De troefkaart van de melkveehouderij'

Door ERWIN WUNNEKINK, De bestuurlijke drukte rondom het Landbouwakkoord is begonnen en namens LTO Melkveehouderij mag ik aan de sectortafel plaatsnemen. Om te proberen tot een akkoord te komen om problemen die 'we' met elkaar hebben op te lossen. Nu zal het niemand zijn ontgaan dat we het een en ander hebben op te lossen. Interessant aan zo'n tafel is dat je met heel veel verschillende partijen zit. En iedereen kijkt met zijn of haar eigen werkelijkheid naar een probleem. Toen ik na afloop naar huis reed, schoot me een citaat van Godfried Bomans door het hoofd: 'De geschiedenis is het heden, gezien door de toekomst'. Kortom, ergens in de komende jaren kijken we terug op deze periode. Wellicht schudt men dan het hoofd over het bestuurlijke gepruts van de jaren twintig. Of kijkt men juist met bewondering terug op de keuzes die we hebben gemaakt. Ik ben eigenlijk heel benieuwd naar de toekomst. Want waar bijvoorbeeld akkerbouw de kaarten goed heeft liggen voor de eiwittransitie, staat melkveehouderij supergoed voorgesorteerd op actuele thema's zoals bodem, water, biodiversiteit en klimaat. Want dé kaart van de melkveehouderij is (blijvend) grasland. Het houdt water vast, neemt een groot deel van het jaar nutriënten op en er spoelt relatief weinig van uit. Het levert daarmee een bijdrage aan de waterkwaliteit. Het levert voeding voor grazers, weidevogels en planten en zorgt voor het bodemleven. Daarmee levert het een bijdrage aan biodiversiteit. Grasland bouwt organische stof op en legt daarmee koolstof vast. De bijdrage aan het klimaat is daarmee een derde belangrijke factor. Niet voor niets is blijvend grasland Europees beschermd en een basisvoorwaarde in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. En elk voordeel heeft zijn nadeel. Gras is totaal niet geschikt voor menselijke consumptie. En dan komt de koe in beeld. Want al eeuwenlang is Nederland goed in staat dat gras te benutten door er melk van te maken. Niet voor niets begon export van melk al in de veertiende eeuw. Welk probleem moeten we dan oplossen? Hoe we de maatschappelijke waarde die de melkveehouderij toevoegt omzetten naar een verdienmodel. Want het verdienmodel voor de bijdrage aan 'nooit meer honger' verschuift naar waardering voor 'hoogwaardig eten en hoogwaardig groen'.

Landbouwminister snapt onrust over mestregels: moeten we verder over praten

Minister Piet Adema (Landbouw) begrijpt dat er onder boeren weer veel onrust ontstaan is over de mestregels. Die worden onder zware druk vanuit de Europese Commissie toch al dit jaar flink aangescherpt, terwijl het kabinet eerder nog had beloofd dat 2023 voor een aantal maatregelen nog een 'overgangsjaar' zou zijn. Dat laatste viel volkomen verkeerd in Brussel, waar men vindt dat Nederland zich gewoon aan de afspraken moet houden. Nu moeten boeren al vanaf maart voldoen aan strengere regels, tot woede van landbouworganisaties waar Adema momenteel mee onderhandelt over een grondige hervorming van de sector. "Daar moeten we verder over praten", laat Adema via zijn woordvoerder weten.Mest veroorzaakt onder meer watervervuiling en daar is Brussel bezorgd over. Door de aanscherping zal een aantal boeren bufferstroken langs sloten moeten aanleggen, waar geen mest uitgereden mag worden. Ook moeten landbouwers na de oogst bepaalde gewassen telen, zodat mest niet uit de grond spoelt. Adema wilde wel dat Nederlandse boeren aan deze regels zouden voldoen, maar hield ook rekening met 'de agrarische praktijk'. Hij erkende dat Nederland daarmee wellicht een juridisch 'geitenpaadje' had gezocht om de pijn voor boeren te verzachten. Komende dagen cruciaal Maandag zat de minister met verschillende landbouwgroepen aan tafel in het kader van het landbouwakkoord. Daarbij is ook gesproken over de aangescherpte mestregels. Agractie en Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland zijn woedend over de gang van zaken rondom de zogeheten mestderogatie. Woensdag zal het onderwerp in de Tweede Kamer ter sprake komen tijdens een debat. LTO noemt de komende dagen "cruciaal". "De minister is aan zet."Agractie vroeg zich maandag af of er "met deze overheid wel afspraken zijn te maken". Volgens LTO is het nu nog maar de vraag of het nog gaat lukken om een landbouwakkoord te sluiten. "Hoe is het mogelijk dat, terwijl boeren al gezaaid hebben, de spelregels worden veranderd? Door Europa. Eenzijdig. Dat is onbetrouwbaar en onaanvaardbaar."'Stevig gesprek'Adema zei eerder al dat het kabinet zelf maatregelen neemt, mocht het niet lukken om tot een akkoord te komen. "Het landbouwakkoord is dé kans voor boeren om afspraken te maken over de toekomst van de landbouw." Hij erkent dat het gesprek maandag 'stevig' was. "We hebben als overheid ook veel werk te doen om het vertrouwen te herstellen.

klant


Topics
0
Reacties
21
Volgers

Over mij

Leeftijd: onbekend
Laatst online: 5u geleden

Bedrijven

Ervaring

Ik heb ervaring met de volgende machines:

Merk / type Waardering