Eindelijk, een mestakkoord!
Het is zover! Er is een mestakkoord. “Wij gaan mest weer een ‘normale geur’ geven”, zei staatssecretaris Bleker gisteren tijdens ons overleg. Ook staatssecretaris Atsma was bij dit overleg aanwezig. Op zich al uniek om twee staatssecretarissen gelijktijdig aan tafel te hebben. Na stevige onderhandelingen ligt er een ingrijpende verandering van beleid. Een echt vernieuwend hoofdlijnenakkoord voor toekomstig mestbeleid. Er is duidelijkheid gekomen over deze langslepende kwestie. Na meer dan 20 jaren lijkt het erop dat we gestructureerd gaan werken aan de oplossing van ons mineralenoverschot.
Meer: [www.boerderij.nl]
1 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 28/09/2011 13:15 door Onze Verslaggever.
Deel dit topic
Deel ook jouw kennis en inzicht
Hebben de thema's mest , mestbeleid , mestakkoord en mestverwerking geen geheimen voor jou? Dan kunnen we jouw kennis en inzicht goed gebruiken! Of je nu actief bijdraagt door foto's, video's, topics of reacties te plaatsen, of je zorgt er middels de stemknoppen voor dat de beste reactie naar boven borrelt.. Jouw kennis en inzicht m.b.t. de melkveehouderij kunnen deze site nét dat beetje beter maken. Maak ook een (gratis) account aan!
Laatste
Reacties
1. Er komt een verplichting voor bedrijven met een mineralenoverschot om de mest te gaan verwerken. Het maakt niet uit of je nu koeien, kippen of varkens hebt. Overschot is overschot. Voor de varkenssector is die gelijke behandeling van diersoorten belangrijk. De verwerkte mest moet buiten de Nederlandse land- en tuinbouw worden afgezet. Het exporteren van mest blijft mogelijk en geeft een ontheffing van verdere verwerking mits het gehele bedrijfsoverschot wordt geëxporteerd.
2. Maatregelen om fosfaat en stikstof in het voer te verminderen moeten een eind maken aan het overschrijden van het mestproductieplafond.
3. Producten uit dierlijke mest moeten als kunstmestvervanger worden erkend. De overheid gaat zich hier sterk voor maken in Europa.
Hoe moet een akkerbouwer dan aan zijn mest komen.
Alleen aan koeman zijn reactie heb je meer.
2 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 28/09/2011 14:21 door producent.
te nemen, moet een percentage hiervan verplicht voor mestverwerking
worden aangeboden. Daarbij zal differentiatie naar regio afhankelijk van het
overschot plaatsvinden. Dat betekent dat niet-grondgebonden
veehouderijbedrijven, d.w.z. bedrijven die meer mest produceren dan zij op
grond in eigen gebruik kwijt kunnen, een naar regio gedifferentieerd minimaal
deel van hun overschot moeten aanbieden voor verwerking bij een
gecertificeerde verwerker. Bij het bepalen van het verplichte percentage zal
rekening worden gehouden met de ontwikkeling van de dierenaantallen. Dit
kan bij een toename van het aantal dieren leiden tot een hoger percentage.
Contracten waarin dat geregeld wordt, moeten aangegaan worden uiterlijk op
31 december voorafgaand aan het productiejaar. Deze verplichting zal
geleidelijk ingevoerd worden, waarbij onderscheid wordt gemaakt naar
gebieden en mestsoorten. Redenen hiervoor zijn de verschillen in milieudruk
en druk op de mestmarkt in verschillende delen van het land, en vanwege
bestaande verschillen in mate van verwerking (en export) voor verschillende
mestsoorten. Om bedrijven genoeg gelegenheid te geven om zich aan te
passen wordt gekozen voor een ingroeiritme dat enkele jaren beslaat.
De verplichting geldt niet voor ondernemers die hun mestoverschot volledig
exporteren.
Deze verplichting bevordert het van de grond komen van duurzame
mestverwerking in Nederland en innovaties op dat vlak. Dat zal ook
ondersteund worden vanuit het innovatiebeleid van het kabinet (zie §3).
b. Gegarandeerde afzet van resterend mestoverschot: Daarnaast zullen
veehouderijbedrijven met een mestoverschot zich voor de rest van het
overschot, elk jaar, liefst voorafgaand aan het productiejaar, maar uiterlijk op
15 mei1 van het productiejaar, moeten verzekeren van voldoende afzetruimte
en een afzetgarantie voor de voorziene mestproductie van de veestapel voor
dat gehele jaar. Afzetruimte kan zijn op landbouwgrond (bijvoorbeeld in de
akkerbouw) of elders (bijvoorbeeld voor duurzame energieopwekking) in
Nederland, verantwoorde afzet in de landbouw in het buitenland (export) of
afzet bij een gecertificeerde mestverwerker.
Deze verplichting zorgt ervoor dat de productie van dierlijke mest in balans
wordt gebracht met de vastgelegde beschikbare afzetruimte.
[www.nieuweoogst.nu]
2 keer gewijzigd. Laatste wijziging: 28/09/2011 14:09 door koeman.
Dit zegt Bleker nu: Basis van het systeem is dat elke veehouder die meer mest produceert dan hij op eigen grond kwijt kan een deel van zijn overschotmest moet aanbieden voor verwerking bij een gecertificeerde verwerker. Contracten waarin dat geregeld wordt, moeten uiterlijk op 31 december voorafgaand aan het productiejaar zijn afgesloten. De verplichting zal geleidelijk worden ingevoerd, waarbij onderscheid wordt gemaakt naar gebieden en naar mestsoorten. Deze verplichting bevordert het van de grond komen van duurzame mestverwerking in Nederland en innovaties op dat vlak. De verplichting geldt niet voor ondernemers die hun mestoverschot volledig exporteren. Daarnaast moet elke veehouder ook de gegarandeerde afzet van de rest van zijn mestoverschot verantwoorden, en wel uiterlijk op 15 mei van het lopende productiejaar.
[www.rijksoverheid.nl]
we horen wel weer.............
Persbericht LTO
‘Een doorbraak voor het mestvraagstuk wordt nu mogelijk, waarbij de route wordt ingeslagen naar het verwaarden van mest. De afspraken tussen overheid en bedrijfsleven staan in een samenhangende en realistische aanpak, die goed is voor het perspectief in de veehouderij én het milieu.’ Dit zegt LTO-bestuurder Hans Huijbers (portefeuillehouder Verduurzaming) in een reactie op de kabinetsplannen voor het toekomstig mestbeleid, die vandaag naar de Tweede Kamer zijn gestuurd.
Volgens Huijbers zal binnen afzienbare tijd dierlijke mest, verwerkt tot kunstmest of bodemverbeteraar, een meerwaarde opleveren voor enerzijds ondernemers (veehouders en plantentelers) maar anderzijds ook voor het milieu (betere waterkwaliteit, minder energieverbruik, meer biodiversiteit). Ook ziet hij grote kansen in economisch opzicht omdat zowel product- als systeeminnovaties over de hele wereld inzetbaar zullen worden: ‘Deze kansrijke innovaties worden met de huidige plannen gefaciliteerd en betekenen dus ook behoud van de innovatievoorsprong van de Nederlandse agrarische sector.’
De bewindslieden Bleker en Atsma leggen volgens Huijbers terecht de verantwoordelijkheid voor het mestoverschot bij de individuele ondernemers, die dan in ruil voor het herstel van evenwicht op de mestmarkt ook ontwikkelingsruimte krijgen. ‘Agrarische ondernemers zullen die verantwoordelijkheid nemen. Zonder verplichtingen voor veehouders kom je hier niet uit. Vrijblijvendheid is verleden tijd.’
Gezamenlijke inspanning
Tegelijkertijd benadrukt de LTO-voorman dat primaire ondernemers het mestoverschot niet alleen kunnen oplossen. De inzet van de gehele agroketen, zoals veevoerindustrie, banken, kennisinstellingen, verwerkers en toeleveranciers is onontbeerlijk. ‘Dat komt ook in de plannen tot uitdrukking. Het lukt alleen met een gezamenlijke inspanning in een eendrachtige privaat-publieke samenwerking’, aldus Huijbers.
Het nieuwe beleid gaat naar zijn mening veel vergen van de individuele agrarische ondernemer, maar zal tegelijkertijd ook zekerheid en continuïteit bieden. ‘Er ligt voor veehouders met een mestoverschot op hun bedrijf een zeer forse taakstelling. Na 25 jaar discussie heeft de overheid nu haar verantwoordelijkheid genomen door een evenwichtig stelsel van wetten en regels te ontwerpen. Daarmee zal een einde komen aan een periode waarin de mestafzet als het ware een loterij was en staan we op de drempel van een tijdperk waarin mest niet langer stinkt’.
Milieu verder verbeteren
In de plannen ziet LTO voor intensieve teeltsystemen een nieuw evenwicht binnen bereik tussen mens, plant, dier en omgeving. De (indirecte) effecten van de aangekondigde wetgeving zullen via
bodemvruchtbaarheid, kunstmestvervangers, betere waterkwaliteit, goede landbouwpraktijk, grondstoffenefficiency, maximaal hergebruik en een evenwichtige inzet van mineralen ten goede komen aan het milieu. Huijbers: ‘Het is goed dat het kabinet ook nadrukkelijk een voorschot neemt op grondgebruik in de toekomst, waarbij gesproken wordt van stabiele gebruiksnormen en aandacht voor bodemvruchtbaarheid. Beide worden bereikbaar door inzet van kwaliteitsproducten uit dierlijke mest.’
Volgens Huijbers vergen de plannen op details nog een nadere uitwerking, zoals bijvoorbeeld voor de wijze waarop rekening wordt gehouden met regionale verschillen, mestsoorten en grondsoorten. ‘De lat ligt in het intensieve zuiden hoger dan elders’, aldus de LTO-bestuurder. Ook zullen de plannen nog door de Europese commissie goedgekeurd moeten worden.
Het in stand houden van een stelsel van dierrechten is straks volgens de beide bewindslieden niet meer nodig. Huijbers: ‘Die rechten zullen weliswaar verdwijnen, maar duurzaamheidsthema’s (o.m. klimaat, energie) en milieuthema’s (stikstof, fosfaat en ammoniak) zullen leidend zijn. Voor ondernemers betekent dit dat ze verder kunnen met noodzakelijke investeringen in verduurzaming.’
Samenwerking
De LTO-voorman kenschetst het overleg met beide departementen als een lang en intensief, maar ook succesvol traject. “Het is een voorbeeld van intensieve samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven, waarbij de overheid faciliteert en het bedrijfsleven investeert”.
Maar ik ben toch blij dat er een uitzondering wordt gemaakt voor biologische boeren
voor mestafvoer wordt gemiddele in deze streek toch al gauw een tientje betaald. Misschien gaat dit bedrag nog wel verdubbelen, maar dan blijft het nog steeds een lager bedrag dan wat sommige aan quotumkosten hebben.
Hopelijk kunnen wij als melkveehouders de verplichte mestverwerking op een of andere manier buiten de deur houden.
-------------------------------------------------------
. Grootste kosten zullen toch weer
> afgeschoven gaan worden op de producent
>
Koe?