Term ’megastallen’ zaait slechts angst bij burgers

OPINIE Linda Verriet, voorzitter POV

’Stoppen met megastallen’ is een van de verkiezingsleuzen die rondgaan in het land. De term megastal heeft ten onrechte een dusdanig negatieve lading gekregen, dat die angst zaait bij burgers, vindt Linda Verriet. „Zo worden burgers opgezet tegen boeren, zonder dat feiten ertoe doen.”

Eindelijk kwam ook het Nieuw Sociaal Contract van Pieter Omtzigt met zijn verkiezingsprogramma. Daarin ook een paragraaf over de veehouderij. Omtzigt wil geen nieuwe vergunningen voor megastallen. Weet Omtzigt wel wat een megastal is? Wij denken van niet.

De ’megastallen’ zijn de laatste tijd geregeld in het nieuws. Onlangs besteedde de NOS er nog een volle dag aandacht aan. Want het aantal ’megastallen’ zou toenemen in Nederland. Ook NOS heeft geen idee waarover zij het heeft.

Weinig idee

Wanneer is er sprake van een megastal? En wanneer van een grote stal? Politici en journalisten hebben daarvan weinig idee. Na wat googelen op internet komen zij met grenswaarden aanzetten: vanaf 250 koeien of 7500 vleesvarkens is er sprake van een megastal. Bij één beestje minder is het een grote stal. Dat er ook biologische bedrijven met meer dan 250 koeien zijn, daarover hoor je niemand. De term ’mega’ wordt bij biologische bedrijven niet gebruikt. Kennelijk gaat de term ’mega’ helemaal niet over het aantal dieren.

Uit onderzoek van Wageningen Universiteit blijkt dat mensen geen idee hebben hoe groot een megastal is. Het begrip ’megastal’ is in de beleving van mensen dan ook niet gekoppeld aan een bepaald aantal dieren. Het begrip heeft in de maatschappelijke discussie een sterk negatieve lading. Het begrip wordt geassocieerd met iets dat slecht is, met iets dat onacceptabel groot is. Partijen die het publieke protest tegen een boerenbedrijf willen aanwakkeren, kiezen daarom bewust voor negatieve beeldvorming: ’megastal’, ’vee-industrie’, ’varkensfabriek’. Dat klinkt altijd negatief, zoiets moet je nooit willen.

Wetenschappelijk

Is een grote stal per definitie een slechte stal? Nee, absoluut niet, blijkt uit onderzoek van Wageningen Universiteit. Daar is geen enkele wetenschappelijke onderbouwing voor. Grote bedrijven kunnen goed landschappelijk zijn ingepast, zorgen voor een goede leefomgeving voor het dier, een goede diergezondheid en lage emissies naar de omgeving. Voor een dier maakt het verder niet uit of het in een kleine, middelgrote of grote stal wordt gehouden, mits de verzorging optimaal is.

De stallen die wel te wensen overlaten, zijn de verouderde, vaak kleinere stallen. Boeren die hun verouderde stallen inwisselen voor een grote, moderne stal, doen in het algemeen veel goeds voor het milieu en het dierenwelzijn. De uitstoot van geur en ammoniak naar de omgeving is lager, de leefruimte voor het dier is beter.

Het is opvallend dat partijen waarvan wij discussies op inhoud verwachten, zo gemakkelijk kiezen voor woorden die negatieve emoties oproepen. Er is dan geen plaats meer voor een feitelijk debat waarbij argumenten zorgvuldig worden gewogen. Het woordgebruik heeft als doel angst zaaien bij burgers en burgers opzetten tegen boeren.

Schrappen

Wij willen Omtzigt verzoeken het scheldwoord ’megastallen’ uit zijn verkiezingsprogramma te schrappen. Ook ngo’s en andere politieke partijen verzoeken wij te stoppen met bewust kiezen van framende woorden. Discussies voeren op inhoud is prima. Discussies doodslaan met negatieve framing en polarisatie is niet oké.

Linda Verriet is voorzitter van de Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV)

Bron: Telegraaf