De natuur explodeert. En de mens jubelt mee. Elke dag worden ’nieuwe’ plantensoorten gemeld. Tot een ’muurbloem’ aan toe

De natuur ontploft als nooit eerder tevoren. Bermen, akkerranden en dijken kleuren rood van uitbundig bloeiende klaprozen. De mens jubelt mee. Het aantal natuurwaarnemingen explodeert.

Het is feest in de bermen en de akkerranden, op de taluds. De natuur is losgebarsten zoals nooit eerder tevoren. Klaprozen wuiven nog uitbundiger dan vroeger naar voorbijgangers: ’Knallen!’. ’We’ zien vooral de grote of gewone klaproos en af en toe een zeldzamere soort als de bleke klaproos en de ruige klaproos. In de bermen en akkerranden staat nog meer te zwaaien. Dat zijn, net als de klaprozen, vooral eenjarigen. Wilde planten ook, als boterbloemen, het reigersbekje, het ooievaarsbekje en een ruige, hoge grassoort als de ijle dravik. Ze springen alleen wat minder snel in het oog, helemaal als ze tussen de intens helderrode ’vlekken’ in het groen staan.