Primeur: Lely Zeta AI bewaakt 24 uur per dag het welzijn van de koeien

De stal van de toekomst?, dankzij AI technologie reuzenstappen in koeienmanagement: https://www.youtube.com/watch?v=8nRaj16tPLc https://www.youtube.com/watch?v=17TA-lI_oqQ Lely Zeta AI is een innovatief systeem dat kunstmatige intelligentie (AI) integreert in de melkveehouderij om boeren te helpen bij het optimaliseren van hun bedrijfsvoering. Het systeem maakt gebruik van geavanceerde AI-algoritmen om data te analyseren die afkomstig is van verschillende sensoren op de boerderij. Hierdoor krijgt de boer real-time inzicht in de gezondheid en prestaties van zijn veestapel, melkproductie en andere belangrijke bedrijfsprocessen. Met Lely Zeta AI kunnen boeren snel afwijkingen detecteren, zoals veranderingen in de eet- of drinkgewoonten van het vee, of tekenen van ziekte. Dit maakt het mogelijk om preventief in te grijpen, wat zowel het welzijn van de dieren als de productiviteit van de boerderij ten goede komt. Daarnaast helpt het systeem boeren om efficiënter te werken door automatisch aanbevelingen te doen voor het verbeteren van de bedrijfsvoering, zoals voermanagement of melkschema's. Deze technologie draagt bij aan de verdere automatisering en optimalisatie van de melkveehouderij en past binnen Lely’s visie op een duurzame en toekomstbestendige landbouw, waarin slimme technologieën een centrale rol spelen.

Bouwend Nederland verbouwereerd over stikstofbeleid Wiersma: ‘echt shocking’

Bouwend Nederland is verbouwereerd, verbaasd en geschokt dat het kabinet het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) de nek omdraait en het huidige stikstofbeleid naar de prullenbak verwijst. Minister Femke Wiersma (Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur) zegt andere plannen te hebben, maar verduidelijkt die niet. 'Eerst zien, dan geloven', zegt Jelmer Alberts van Bouwend Nederland. 'Er is geen enkel perspectief op woningbouw.' 'Als je dat hele plan in de prullenbak gooit, wordt de kans dat je kunt gaan bouwen steeds kleiner', zegt Alberts. Hij vergelijkt de minister met iemand die met een bulldozer een huis naar beneden haalt, zonder bouwtekeningen voor een nieuw huis, zonder het contracteren van een aannemer en zonder het bestellen van bouwmaterialen. ‘Schrappen NPLG funest voor vertrouwen in de overheid’ 'Het enige wat ze zegt is dat het allemaal goedkomt, gaat u rustig slapen, eind van het jaar zijn er nieuwe plannen.' Maar volgens Alberts zijn nu alle plannen van tafel, is er geen geld meer en 'dus geen enkel perspectief op meer woningbouw en de aanleg van nieuwe infra'.

En de koe, die schijt maar door

Het is gekmakend. Het is van de zotte. Minister van Landbouw en Natuur Femke Wiersma heeft de meest recente provinciale stikstofplannen klakkeloos van tafel geveegd. Alsof het een paar hinderlijke broodkruimels betrof. Zonder enige gene. Weg ermee. Door Nathalie Baartman, Geen enkel openbaar excuus naar alle mensen die twee jaar lang ploeterden op netelig beleid dat tegenstrijdige belangen moest zien te verenigen. Geen enkel blijk van schaamte naar de Nederlandse belastingbetaler die deze ambtelijke dwaling financieel mogelijk heeft gemaakt. Over de noodtoestand in sommige natuurgebieden is niet eens gesproken. Verlos ons van het stikstof, Heer. Veel boeren zijn opgelucht, kopte deze krant afgelopen donderdag nogal misplaatst. Opluchting? Het is maar wat je opluchting noemt. Als je tandarts de afspraak voor het trekken van je rotte kies annuleert, is daar wellicht opluchting. Doch, de rotte kies blijft. In de veehouderij is klip en klaar een enorme uitstoot van ammoniak. En dan kan je uren bakkeleien over de juridisch houdbare, rekenkundige ondergrens en dat soort jargon, de koe schijt door. En dat doet ie. En nu? Wiersma heeft voorlopig geen concreet idee. Nee, in Brussel is ze ook niet geweest met haar vuist. Ze heeft nog niet geprobeerd om aldaar te preken voor het behoud van het Nederlandse mestvoordeeltje. Voorlopig houdt ze zich aan de wettelijke afspraken, zegt ze. Maar hoe ze dat precies gaat doen, weet ze niet. Daarover wil ze niets zeggen, zegt ze. Zoals ze de gehele tijd niets wil zeggen. Nou ja, ze zegt wel dingen. Ze zegt: ,,Als iets duidelijk is wat uit het hoofdlijnenakkoord komt, dan is het dat er duidelijke keuzes gemaakt moeten worden door dit kabinet.” Maar ze had ook kunnen zeggen: ‘Het liefst koop ik mijn ontbijtkoek ongesneden, want dan kan ik elke keer zelf bepalen hoe dik ik de plak wil.’ Dat heeft ook een vrij hoog nietszeggendheidsgehalte. Zo toonde Wiersma op tenenkrommende wijze geen enkel stukje urgent benul. ,,Het komt allemaal wel”, zei ze. ,,Tenminste, de eerste contouren dan. Van een concreet idee. En we gaan er echt op inzetten. En we willen op korte termijn in gesprek. En we zijn ermee bezig om te kijken op welke manier we verder kunnen. Maar er zijn ook andere sporen om te bewandelen. Dat is iets waarmee we in overweging zijn. En het is prematuur om daar nu al uitspraken over te doen.” Aldus Femke Wiersma, die de ware betekenis van de BBB heeft ontmaskerd: Bla-Bla-Bla. Oftewel: een Boel Bestuurlijk geBazel. Haaks op de kernwaarden waar de BBB zogenaamd voor zou staan: transparant, helder en open. Pfff. Laat me niet lachen. En toen Wiersma haar allergie uitsprak over het woord ‘transitie’ met de uitleg: ,,Elke vorm van landbouw vind ik goed”, wist ik genoeg. Deze minister wil geen rasse hervorming. Deze minister is een kortstondig zoethoudertje voor boeren met hakken in het zand. En een ramp voor al die boeren die wél openstaan voor broodnodige, gezonde verandering.

'Zonder snelle aanpak voor herstel natuur, leggen boeren het loodje'

Het schrappen van de provinciale plannen waarmee de natuur hersteld moet worden, is uitermate onverstandig. Dat vindt Joks Janssen (praktijkhoogleraar Tilburg University en onderzoeker bij PON & Telos). Maar hij vindt het ook gevaarlijk, want als er niet snel een oplossing komt voor herstel van de natuur, leggen melkveehouders het loodje. "Juridisch verandert de werkelijkheid niet." De streep door de gebiedsaanpak van provincies door het kabinet kwam dan niet als donderslag bij heldere hemel, toch zorgde het nieuws woensdag voor opgetrokken wenkbrauwen. En zorgen, dat ook. Want dat Nederland veel beter moet zorgen voor haar natuurgebieden werd al duidelijk toen er ook een streep ging door het Programma Aanpak Stikstof in 2019, na een uitspraak van de Raad van State. Na die uitspraak belandde het land in een stikstofcrisis. Investeren in natuurkwaliteit dus. Maar hoe? In elk geval niet met regels die door Den Haag zijn opgelegd, vond verantwoordelijk minister Christianne van der Wal. Er moest 'van onderaf’ worden nagedacht over de herinrichting van het land. Want wie weet nou beter wat nodig is dan provincies zelf, die hun natuurgebieden het beste kennen. Was het de heilige graal? Nee, zegt Janssen, maar na veel pijn en moeite werd er wel gestart met gebiedsprocessen. “Stikstofreductie werd daarbij als heel belangrijk gezien, maar er werd ook nagedacht over water, biodiversiteit en klimaat. Samen oplossingen vinden voor problemen die je met algemene maatregelen niet vindt. Een soort landinrichting 2.0.”En die nieuwe landinrichting, of ‘wederombouw’ van het platteland, zoals Janssen het noemt, is van cruciaal belang om de problemen rond landbouw, natuur, water en klimaat het hoofd te kunnen bieden. “Oorzaken van teveel stikstof, het type landbouw en de bijzondere natuur verschilt per gebied en vraagt maatwerk.” Iets waar de provincies op verzoek van het Rijk hard mee bezig waren. LEES OOK: Streep door stikstofaanpak provincie, kabinet stopt met natuurbeleidHet zogeheten 'Nationaal Plan Landelijk Gebied' mag dan geschrapt zijn, de opgave blijft bestaan en de doelen ook. “Maar met welk beleid de doelen nu wel gehaald worden, blijft onduidelijk", vindt Janssen. Naast het gebrek aan beleid, is er vooral ook een gebrek aan geld. Want de beschikbare miljarden voor de provincies werden eerder al weggestreept in het hoofdlijnenakkoord. Volgens minister Wiersma ‘konden de plannen van de provincies dus toch al niet worden uitgevoerd’. Moet Brabant de gebiedsplannen dan maar stopzetten? Nee, zegt Janssen. Juist Brabant heeft bewezen dat het ook op eigen, regionale kracht goede zaken voor natuur en landbouw kan bereiken. “Toen staatssecretaris Henk Bleker in 2011 fors bezuinigde op de aanleg van nieuwe natuur, besloot Brabant daar niet in mee te gaan. Verschillende partijen, boeren, natuurorganisaties, waterschappen en provincie kregen het voor elkaar om 240 miljoen op tafel te leggen om dat de doen, wat Bleker naliet. Het latere Groen Ontwikkelfonds Brabant is daaruit voortgekomen. Daar hoop ik nu ook op.”LEES OOK: Waterschappen bezorgd over schrappen van natuurplannen door kabinet Want de problemen zijn de afgelopen jaren in Brabant niet kleiner geworden. Zo mogen boeren bijvoorbeeld minder mest uitrijden van Brussel omdat de waterkwaliteit nog steeds heel slecht is. “Als je het politiek anders wil aanpakken, dat mag natuurlijk. Maar dat er nog geen begin van een nieuw plan is, is wel heel ernstig”, zegt Janssen. En gevaarlijk. Janssen vat het kort samen: “Warme woorden, koude sanering.” Oftewel: Als er niet snel een oplossing of aanpak komt voor het herstellen van kwetsbare natuur hebben de warme woorden voor de boerensector, en dan met name de melkveehouderij, geen enkele zin meer. Dan leggen veel melkveehouders het loodje. “Want de juridische werkelijkheid verandert namelijk niet", aldus Janssen. Het wrange is dat ontbrekend beleid en geld zorgt voor een versnelde afvloeiing van boeren die het goede doen voor natuur. Het zijn in de praktijk immers vaak de grote, kapitaalkrachtige bedrijven die met hulp van de bank overeind blijven ten koste van de kleinere. “Dat niet handelen, leidt uiteindelijk tot verdere schaalvergroting onder boeren. Feitelijk raken we dan alleen maar verder af van wat we willen.” Het meest pijnlijke aan het verhaal is dat dit niet nieuw is. Aan het einde van de jaren zeventig was er al sprake van een mestprobleem. Teveel vee op te weinig grond. Ook akkerbouw en tuinbouw zijn steeds intensiever geworden door gebruik van bestrijdingsmiddelen en water. Was het oorspronkelijke plan dan alleen maar hosanna? "Tuurlijk niet”, zegt Janssen. “Het was niet de oplossing voor alles. Maar het keek wel verder dan stikstof alleen en probeerde landbouw en natuur weer in balans te brengen. Hier een streep door zetten, leidt tot een vicieuze cirkel waarbij we weer helemaal van vooraf aan kunnen beginnen. ”Wat doet stikstof met de natuur? Boswachter Erik de Jonge legt het uit.

Boeren verdacht van dumpen crystal meth-drugsafval op eigen akkers

Op drie akkers rond Baarle-Nassau is dit voorjaar drugsafval gevonden. Het giftige afval was vermengd met mest. De politie heeft gesproken met drie verdachten. Volgens betrouwbare bronnen zijn dat alle drie boeren. Er zou geen direct gevaar zijn. maar deskundigen houden de hun akkers wel in de gaten, net als de gewassen die erop zijn geplant. Deskundigen waarschuwen al langer dat niemand weet hoe vaak deze 'onzichtbare' drugsafvallozingen voorkomen. Het politieonderzoek kwam op 21 mei al in het nieuws. Twintig akkers rond Baarle-Nassau werden die dag 'bemonsterd'. Toen was al duidelijk dat de politie drugsafval op het spoor was. Maar onderzoek moest uitwijzen hoe groot het was. Intussen heeft laboratoriumonderzoek deze zomer duidelijk gemaakt dat er op drie van de twintig akkers sporen zijn gevonden van stoffen die te maken hebben met de productie van crystal meth. Details heeft de politie niet gegeven, maar bij andere afvalvondsten rond 'meth' ging het dan om allerlei giftige stoffen zoals aceton, tolueen en zoutzuur. Anonieme tipDe zaak kwam in maart al bij de politie in beeld. Bij Meld Misdaad Anoniem (MMA) kwam een serieuze en gedetailleerde tip binnen dat iemand uit Baarle-Nassau drugsafval vermengde met mest en die had geïnjecteerd in akkerland. Er volgde rechercheonderzoek. Dat leidde er op 21 mei toe dat er teams op pad gingen van politie, specialisten van het NFI ((Nederlands Forensisch Instituut), milieudeskundigen van de Omgevingsdienst en mensen van de opsporingsdienst van 'voedselwaakhond' NVWA. Ze vulden emmertjes met zand en namen die mee voor onderzoek in een laboratorium. Zo liepen ze ook door een veld met uien. De teams werden die dag gezien in de Hoogeindsestraat, Ginder, Tommel, Ghil, en de Strontbaan. Daar vonden ze niks. Maar het was wel raak op Gorpeind, Zondereigensebaan en Klein Bedaf, volgens betrouwbare bronnen. BoerenHet spoor leidde naar drie verdachten. Dat zijn de eigenaren en gebruikers van die akkers. Boeren uit Baarle-Nassau van 48, 49 en 72 jaar oud. De politie heeft inmiddels met ze gesproken en beschouwt ze als verdachten. Maar of ze ook worden gezien als veroorzakers van de lozing is onduidelijk. De gemeente Baarle-Nassau heeft ook contact met ze en 'haar bestuurlijke instrumentarium' ingesteld. Details zijn niet bekendgemaakt. Maar het ligt voor de hand dat de boeren bodemonderzoek moeten laten doen en als het vervuild is hun eigen grond moeten laten schoonmaken. Het gaat om percelen met uien. Momenteel zou er geen gevaar zijn. "De NVWA en haar opsporingsdienst zijn bij het onderzoek aangesloten om te onderzoeken en monitoren of de voedselveiligheid in gevaar komt. Daar is tot op heden nog geen sprake van", meldt de politie. Waar blijft het drugsafval?Het aantal zichtbare dumpingen van drugsafval in de bekende tonnen en vaten neemt af. Soms is er een stijging zichtbaar, zoals vorig jaar in West-Brabant. En begin dit jaar was er een piek in Oost-Brabant, maar dit jaar zijn er minder dumpingen dan pakweg tien jaar geleden. Dat is opvallend, omdat de politie ziet dat er juist wel meer drugs worden gemaakt. Dat kan betekenen dat criminelen hun afval anders lozen dan vroeger. Er zijn wel wat aanwijzingen. Zo was er de enorme drugsput bij Halsteren. Ook het dumpen via het uitrijden van mest zou vaker kunnen voorkomen. Er zijn maar een paar incidenten bekend waarbij drugsafval door de mest zat. Dat zijn incidenten van de afgelopen tien jaar. Eentje speelde in Someren en de ander in Riel. Het onderzoek rond Baarle-Nassau is uniek. Er zijn nauwelijks voorbeelden van in ons land dat specialisten akkers bemonsteren op drugsafval. Omdat er nauwelijks onderzoek is, weet niemand hoe groot het probleem eigenlijk is. Politie onderzoekt of er mest met drugsafval is gedumpt

Waterputten van boeren moeten sluiten, maar een alternatief lijkt er niet te zijn

Boeren in het zuiden van Flevoland zitten met de handen in het haar. Vanaf januari mogen zij hun waterputten niet meer gebruiken. Die putten gebruiken zij nu om onder meer te beregenen of om hun vee te drinken te geven. Er zijn volgens de boeren geen goede alternatieven. En dat terwijl het al tien jaar duidelijk is dat de putten dicht moeten, en onder meer de provincie zou meedenken over een oplossing. Aan de rand van het land van boer Cor van Schie in Zeewolde gaat een ijzeren buis de grond in. Het is zijn 40 meter diepe waterput die in de enorme watervoorraad onder dit deel van Flevoland uitkomt. Ook waterbedrijf Vitens haalt daar water vandaan dat uit onze kranen komt. En daar zit direct een probleem: Er is angst dat de Flevolandse watervoorraad door de vele bronnen bij boeren vervuild raakt. Mede daarom mogen de putten vanaf het nieuwe jaar niet meer gebruikt worden. Van Schie verbruikt nu ongeveer 10.000 liter per dag voor het laten drinken van zijn koeien en het koelen van zijn melk. "Als dat niet meer mag, heb ik een groot probleem. Oppervlaktewater, uit bijvoorbeeld de sloten, wisselt te veel van kwaliteit. Ook betwijfel ik of het waterleidingsnet de grote vraag wel aankan als de putten sluiten. Ik moet gewoon zeker weten dat ik genoeg water kan gebruiken voor mijn vee," vertelt de ongeruste Van Schie.Niet alleen drinkwater voor vee LTO is de belangenorganisatie van de boeren en deelt de zorgen van Van Schie. "De putten zijn niet alleen cruciaal voor het drinkwater voor vee, maar ook voor bijvoorbeeld het beregenen van gewassen als het droog is. Oppervlaktewater is voor sommige gewassen zelfs niet goed genoeg," vertelt Ton Kempenaar van de LTO. De angst dat de watervoorraad vervuild raakt, is volgens Kempenaar niet reëel. De putten zitten er al jaren en het is altijd goed gegaan. Vervuiling is eigenlijk ook niet mogelijk, omdat de druk van het water de viezigheid er direct uitduwt en het nooit tientallen meters de grond intrekt, aldus Kempenaar.Samen zoeken naar een oplossing Het is al tien jaar duidelijk dat de putten dicht moeten. Maar tot nu toe er is dus geen oplossing. Volgens Kempenaar is LTO hard op zoek geweest, maar de provincie en Waterschap Zuiderzeeland denken niet écht mee, terwijl dat wel zou zijn toegezegd. Het Waterschap wil hier geen commentaar op geven en verwijst naar de provincie. Die heeft nog niet gereageerd. Voor veehouder Van Schie staat één ding vast: "Ik ga de put niet sluiten op 1 januari. En ik doe dat niet voordat er een echt goed alternatief is."

Het is tijd voor een grondgebonden veehouderij

Het is tijd voor Control-Alt-Delete. Beste heer/mevrouw, Ik zou graag met u spreken over de Kringloopwijzer en de afrekenbare Stoffenbalans . Veehouders kunnen elk jaar gebruikmaken van de mogelijkheden die de Kringloopwijzer en andere verantwoordingstools bieden, om zo de af te voeren mesthoeveelheid flink te verlagen . Dit kan omdat door de uitkomsten van de berekeningen in de tools veel minder mest afgevoerd hoeft te worden dan wanneer de Kringloopwijzer/andere tools goed zouden functioneren.   Dat is gebruikmaken van de mogelijkheden die er zijn. En dat levert behoorlijk financieel voordeel op. Met de mogelijkheden binnen de Kringloopwijzer worden de kuilmonsters bedoeld. Deze mogen namelijk net zo vaak genomen worden totdat er een uitkomst uitkomt die 'past'. Die kuilmonsters worden genomen uit dezelfde kuil. Wanneer je weet waar er eiwitarm voer ingekuild is laat je daar een kuilmonster steken voor de mestboekhouding.  Een ander voorbeeld: wanneer je 5 kuilen hebt, waarvan 1 met eigen voer en 4 met aangekocht voer dan mag men zelf kiezen waar het kuilmonster genomen wordt. Je kunt net zo vaak steken als je wilt, om zodoende het “ goede “ monster te krijgen. Echter, wat zegt dit over de BEX en de Kringloopwijzer?  Het stellen van doelen en de mogelijkheden die er binnen een afrekenbare stoffenbalans zijn om je eigen gewenste resultaat te creëren zijn perverse fraudeprikkkels. Er is maar 1 ding echt belangrijk om duurzaam te ondernemen: Zorg voor een uitstekende relatie met je kuil- en mestmonsternemer!!! Een goede adviseur creëert voor de veehouderij van de toekomst de gewenste uitkomsten om de doelen te behalen. Het liefst doet een adviseur/ stikstofcoach met een voucher van de Nederlandse overheid.

Boeren die weinig eiwit voeren worden genaaid in de mestafzet

Boeren in Nederland worden benadeeld door de regelgeving rondom de mestafzet, met name vanwege het beleid dat gericht is op het verminderen van het eiwitgehalte in het voer van koeien. De overheid stimuleert boeren om minder eiwit aan hun koeien te voeren om zo de uitstoot van stikstof te beperken. Hoewel dit beleid in theorie bijdraagt aan de vermindering van stikstofemissies, heeft het in de praktijk nadelige gevolgen voor de boeren. Wanneer koeien minder eiwit binnenkrijgen, bevat hun mest ook minder stikstof. Op het eerste gezicht lijkt dit gunstig voor de politiek, die beweren dat stikstofuitstoot een groot probleem is in Nederland. Echter, de lagere stikstofwaarden in de mest betekenen dat boeren meer mest moeten afvoeren om hetzelfde niveau van bemesting te bereiken op hun land. Dit is niet alleen inefficiënt, maar ook kostbaar. De kosten voor mestafvoer nemen toe omdat boeren simpelweg meer mestvolume moeten verplaatsen om aan de bemestingsbehoeften te voldoen. Daarnaast worden boeren in een spagaat gedreven: enerzijds worden ze aangemoedigd om hun stikstofuitstoot te verlagen door minder eiwitrijk voer te geven, maar anderzijds stijgen de kosten door de noodzaak om meer mest af te voeren. Dit zorgt voor een oneerlijke situatie waarin de kosten van deze regelgeving onevenredig bij de boeren komen te liggen. Het is essentieel dat er een evenwichtigere benadering wordt ontwikkeld die de economische positie van boeren niet verder ondermijnt.

mob vecht verleende stikstof vergunningen brabant aan

MOB vecht verleende Brabantse stikstofvergunningen aan Mobilisation for the Environment (MOB) gaat alle door de provincie Noord-Brabant afgegeven stikstofvergunningen juridisch aanvechten, zegt MOB-voorzitter Johan Vollenbroek. De provincie maakte dinsdag bekend dat inmiddels vijf à tien varkenshouders deze maand zo’n stikstofvergunning hebben gekregen. Die zijn allemaal verleend met een zogenoemde passende beoordeling voor luchtwassers. De provincie verwacht de komende maanden nog eens tientallen stikstofvergunningen af te geven. Dit gaat in alle gevallen om varkenshouders. MOB is kritisch op de verleende vergunningen. “Volgens ons is er eerst een passende beoordeling nodig zoals die verplicht is in de Habitatrichtlijn”, zegt Johan Vollenbroek. “Dit zijn mitigerende maatregelen en dan sla je een stap over. Dat vechten we juridisch aan.” Vollenbroek noemt luchtwassers op boerenbedrijven ‘lapmiddelen’ die veel energie vragen. “Dit is geduw op de millimeter. Sector en kabinet durven de koe niet bij de hoorns te pakken, de veestapel moet gewoon fors kleiner. We moeten af van deze geitenpaadjes.” Jacoline Kroon van A&S Advocaten verwacht dat de stikstofvergunningen stand houden bij de rechter. Ze stelt dat heel Nederland verlangt naar meer duidelijkheid. “Ik ga ervan uit dat de verleende Brabantse vergunningen doen wat ze zeggen. Ik neem aan dat de provincie goed onderzoek heeft gedaan naar de effectiviteit.” Borging en daadwerkelijke effectiviteit hangen volgens Kroon binnen de vergunning ook sterk met elkaar samen. Provincie: vertrouwen in juridische houdbaarheid Provincie Noord-Brabant liet dinsdag al weten dat zij verwacht dat de afgegeven stikstofvergunningen juridisch stand houden bij de rechter. Volgens een woordvoerder ziet de provincie luchtwasserssystemen als het meest robuust. Ook ZLTO heeft vertrouwen in de juridische houdbaarheid. De boerenbelangenorganisatie baseert zich daarbij op recente uitspraken over luchtwassers en ammoniakreductie. De passende beoordeling voor luchtwassers is feitelijk een lijst met maatregelen. Een boer neemt die maatregelen om de juiste werking van een stalsysteem te borgen. Concreet: metingen van ammoniak in de lucht, zuurgraad van het waswater en onderhoudsvoorschriften. Deze maatregelen zijn een integraal onderdeel van een vergunningaanvraag.

verduurzamen is op dit moment financieel onhaalbaar

Verduurzamen is op dit moment financieel onhaalbaar Verduurzamen is op dit moment financieel onhaalbaar Het verduurzamen van veel boerenbedrijven is financieel-economisch geen haalbare kaart. Dat concludeert Wageningen Economic Research op basis van een uitgebreid onderzoek. Met name bij melkveehouders staat het inkomen op het spel. In mindere mate geldt hetzelfde voor akkerbouwers. Volgens de onderzoekers moeten overheid en marktpartijen te hulp schieten. Via het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) proberen agrarisch ondernemers, provincies en terreinbeheerders gezamenlijk en gebiedsgericht alle beleidsdoelen voor natuurherstel, stikstofreductie, schoon water en het inspelen op klimaatverandering te halen. De grote vraag daarbij is hoe boeren alle maatschappelijke doelstellingen kunnen realiseren en tegelijkertijd een financieel gezonde bedrijfsvoering houden. Na het mislukken van het Landbouwakkoord hebben diverse partijen de handschoen opgepakt om te onderzoeken welke bedrijfsmodellen toekomst hebben. Ook keken ze welke boeren ondersteuning nodig hebben. Daarvoor zijn door Wageningen Economic Research verschillende berekeningen gemaakt voor de melkveehouderij en de akkerbouw. Sterke daling in inkomens Heel veel ingevoerde en voorgestelde maatregelen zijn effectief voor het milieu, maar hebben zeer negatieve financiële gevolgen voor de agrariërs. Voor de melkveehouderij variëren de verwachte inkomensverliezen van 28 tot zelfs 201 procent, en voor de akkerbouw is dat tien tot 63 procent. In de studie zijn de effecten van maatregelen voor verschillende ‘standaardbedrijven’ gelegd naast het gemiddelde inkomen uit normale bedrijfsvoering over het boekjaar 2021. De studie belicht wettelijk verplichte maatregelen, zoals afschaffing van de derogatie en de verplichting om vanggewassen te zaaien. Maar ook om maatregelen die vanuit de NPLG komen: eiwitarm voer, peilverhoging in veenweidegebieden, dagelijkse ontmesting van de stal en monomestvergisting, kruidenrijk grasland, niet-kerende grondbewerking en mechanisch wieden of loof doden, en de inzet van rustgewassen. Daarnaast zijn er voor melkveehouders mogelijkheden om over te stappen naar een natuurinclusieve of biologische bedrijfsvoering. Helder beleid nodig De onderzoekers concluderen dat ‘een adequaat en helder faciliterend beleid vanuit overheid en private partijen essentieel is om de transitie naar een duurzamere landbouw te faciliteren’. Daarbij wijzen ze naar de markt, naar subsidiëring van niet-productieve investeringen, betalingen voor ecosysteemdiensten en afwaardering van grond. “Er zijn veel onzekerheden en onduidelijkheden met betrekking tot allerlei keuzes ten aanzien van maatregelpakketten en aanvullend beleidsinstrumentarium”, zo staat in de studie. “De keerzijde is er ook. Als het vakmanschap en de innovatiekracht in de sector wordt gecombineerd met een goede voorwaardenscheppende en stimulerende beleidsaanpak, dan behoort een transitie richting een duurzamere landbouw, die produceert binnen milieugrenzen, tot de mogelijkheden.” LTO noemt de conclusies van de onderzoekers zorgwekkend. De organisatie pleit voor een heldere keuze. De keuze ligt tussen investeren in beleid dat ondernemers economisch perspectief biedt, of doelen loslaten die zonder faciliterend beleid economisch onhaalbaar blijken te zijn. Volgens LTO is het cruciaal dat op korte termijn een inhaalslag wordt gemaakt met beleid dat ondernemers economisch perspectief biedt. Laagdrempelig aanspreekpunt ontbreekt Daarnaast hebben boeren ook een duidelijk aanspreekpunt nodig. Volgens onderzoek van bureau Wing zijn er talloze loketten, aanspreekpunten, platforms, portalen en websites waar ze terecht kunnen. Toch zorgen al die verschillende adressen voor ‘een zeer versnipperd en onoverzichtelijk landschap’. “Agrariërs hebben moeite de weg erin te vinden, en de samenwerking tússen loketten, schaalniveaus, overheden en andere partijen laat te wensen over”, vertelt het bureau hierover. Ook ontbreekt in veel gevallen een eerste laagdrempelig contact om in de volle breedte mee te denken over het vraagstuk van de agrariër en deze vervolgens door te verwijzen. Om boeren te ondersteunen bij de gebiedsgerichte aanpak, zijn laagdrempelige regionale aanspreekpunten onmisbaar, zo staat in het onderzoek. “Zij vormen een eerste contact, waar agrariërs terecht kunnen met vragen en vraagstukken en die kunnen dienen als doorverwijzer naar de vele loketten en andere aanspreekpunten. Deze regionale aanspreekpunten zijn goed ingebed in regionale netwerken en onderhouden nauwe contacten met relevante overheden en andere aanspreekpunten.” Bron: Groenkennisnet

Het regent veel lang en hard, maar de zomer is in aantocht (nu echt)

Het regent deze vrijdag vaak, lang, veel en hard in onze provincie. "De regenmeters zullen goed gevuld worden", vertelt weerman Alfred Snoek van Weerplaza. "In het zuidoosten van de provincie kan er zo'n dertig millimeter regen vallen, misschien wel veertig millimeter." Zonniger nieuws voor deze dag heeft hij niet. Maar niet getreurd: de weerman belooft dat er beter weer op komst is. Voor deze tijd van het jaar is 24 graden een gemiddelde temperatuur. Dat gaan we vrijdag niet redden. "De temperaturen van 16 graden zijn niet om over naar huis te schrijven", zegt Snoek in radioprogramma KEIgoedemorgen op Omroep Brabant. Hij trekt daarom een simpele conclusie: "Het is koel en nat vandaag en het kan alleen maar beter."En dat gaat ook lukken, belooft de weerman. "Het kan zijn dat je zaterdagochtend nog tegen een grijze lucht aan zit te kijken, maar het zonnetje breekt in de loop van de dag door. Er kunnen dan ook nog wat regenbuien vallen, maar die zijn qua neerslag en duur stukken korter dan vrijdag."De beste dag van het weekend is zondag. Met een beetje geluk blijft het helemaal droog en laat de zon zich veel zien. "Met een temperatuur van 22 graden is het een mooie dag om te gaan fietsen of om op stap te gaan", besluit Snoek. Zondag is een mooie opmaat voor het begin van de nieuwe week. Want dan zien we temperaturen die wat meer bij deze tijd van het jaar passen. "Maandag lijkt een warme dag te worden. Het kan wel zo'n 27 graden worden. Het is zo'n dag waarop je verkoeling kunt zoeken op het strand bij een van de waterplassen in Brabant."De snelle stijging in temperaturen kan volgens Alfred wel zorgen voor wat onweer. "Maandag is dus een dag om in de gaten te houden."Alfred verwacht dat het weer voorlopig even zo blijft. "We pakken regelmatig wat warmte mee uit Zuid-Europa, maar dat wordt dan snel afgestraft met een regenbui. Vakantiegangers in eigen land doen er goed aan om het weer in de gaten te houden. Ze moeten vooral genieten van de mooie momenten, die er ongetwijfeld ook zullen zijn."

Kars


Topics
0
Reacties
0
Volgers

Over mij

Leeftijd: 3jr
Laatst online: 1u geleden

Bedrijven

Ervaring

Ik heb ervaring met de volgende machines:

Merk / type Waardering