Het loont niet meer. Biologische melkveehouders gaan terug naar conventioneel.

De EU wil 25% biologische landbouw in 2030. Dat gaat dus niet gebeuren. Het wordt tijd dat ze die utopie eens gaan bijstellen in Brussel. Veel consumenten geloven dat biologische landbouw het beste voldoet aan het principe van duurzaamheid. Maar de hoge productiekosten maken het voor veel boeren steeds moeilijker. Dit is ook het geval voor boer Thomas Konzelmann, in Truchtelfingen (Duitsland). Hij boert al sinds 2007 biologisch. Maar daar zou op middellange termijn wel eens een einde aan kunnen komen, legt de boer uit in een interview met de Schwäbische Zeitung. Voor de boer betekent dit een terugkeer naar conventionele landbouw. De productie kosten zijn de afgelopen jaren bijna geëxplodeerd. Maar uiteindelijk gaan mensen bij het boodschappen doen nog steeds voor de goedkopere commerciële merken. Veel consumenten kunnen zich biologisch niet veroorloven. Het gebrek aan vraag, maakt het voor Konzelmann steeds moeilijker om winstgevend te werken. Steeds meer bedrijven in zijn regio kondigen werktijdverkorting aan, wat betekent dat mensen nog meer op hun geld letten. De grote machtsongelijkheid tussen de vele zuivelbedrijven en de vier grote detailhandelsbedrijven is mede oorzaak van de problemen. "Retailers vullen hun zakken ten koste van producenten en consumenten", zegt Konzelmann. De toekomst van zijn bedrijf is daarom uiterst onzeker.

Agractie: Afdronk mestdebat. Wat nu?

Gisteren debatteerde de Tweede Kamer over mest. Wij kijken hier teleurgesteld op terug. Wij vragen ons af of Tweede Kamerleden de ernst van deze gecreëerde mestsituatie wel onder ogen zien en of het besef er is dat als er geen echte oplossingen komen er een grote kaalslag gaat plaatsvinden in de agrarische sector, vooral in de melkveehouderij. Politici komen niet met echte oplossingen die boeren op de korte termijn gaan helpen. Agractie benadrukt daarom nog maar eens: Stop met het voortborduren op een verrot fundament. Beleid en wetgeving die niet deugt moet de prullenbak in! Brede opkoopregeling Uit het mestdebat werd duidelijk dat de door de minister voorgestelde brede opkoopregeling naar voren gehaald moet worden. Stoppers varen hier wel bij, maar de blijvers hebben hier vooralsnog weinig aan. Agractie is niet tegen vrijwillige opkoopregelingen, maar wel tegen ‘lukraak opkopen’. De vraag is of de minister de tijd kan nemen om zo’n opkoopregeling om te buigen naar een ‘blijvers/wijkers-regeling’ en om hiervoor het benodigde budget vrij te maken. Daarbij zal wat mestplaatsing betreft het effect hiervan al in voorjaar 2025 merkbaar moeten zijn. Grondgebondenheid Wat betreft de wens van meerdere Kamerleden over grondgebondenheid. Met de invoering van grondgebondenheid in welke vorm dan ook, zal er geen hectare extra plaatsingsruimte ontstaan en zal dus ook niet bijdragen aan de oplossing van het gecreëerde mestprobleem en ook niet aan de verbetering van de waterkwaliteit. Sterker nog: invoering van grondgebondenheid zal voor individuele boeren een andere vorm van sanering betekenen. Daarbij is door fosfaatrechten de omvang van de veestapel al begrensd. - Grondgebondenheid is een nepoplossing. - Meer mestplaatsingsruimte is nodig! - Dan naar de échte oplossingen. Vooralsnog zien we in alle mestdebatten dat politici voorbij gaan aan de échte oplossing: meer mestplaatsingsruimte! Het verlies aan mestplaatsingsruimte, door afbouw derogatie, bufferstroken en verlies NV-gebieden, loopt in 2026 op naar 78 miljoen kg N. Dit is een giga-probleem. Als dit plaatsingstekort opgelost moet worden door boeren te laten stoppen, zal er ongeveer een derde van de veestapel (en dus ook bedrijven) moet verdwijnen. Dit is onacceptabel! De enige oplossing is dan ook het creëren (en terugbrengen) van meer mestplaatsingsruimte! De minister zal, met steun van Kamerleden, alles op alles moeten zetten om dit in Brussel te realiseren. Wij balen ervan dat we bij meerdere Kamerleden een afwachtende houding zien. Er wordt van de agrarische sector verwacht met oplossingen te komen, terwijl afgelopen kabinetten deze puinhoop hebben aangericht. Agractie ziet graag een mestbeleid waarin de behoefte van bodem en gewas centraal staat en een goede waterkwaliteit randvoorwaarde is. Zoals gisteren weer eens bleek is de mestproblematiek vooral een politieke discussie. Waar het over moet gaan -goede landbouwpraktijk en zorg voor bodem en gewas- maakt geen onderdeel uit van het debat. Boeren zijn daar spuugzat van! Wij blijven daarom onze nek uitsteken en vinden dat we terug moeten naar de basis. Daar waar de waterkwaliteit goed is of sprake is van een trend in de goede richting, moet een overgangsregeling komen. Het blijft van de zotte dat boeren nutriënten voornamelijk uit kunstmest moeten halen en niet uit het gezonde dierlijke mest. Dit is ook onderdeel van onze inbreng in het melkvee-collectief. We blijven dit uitdragen richting Kamerleden en in gesprekken op het ministerie

Het is tijd voor een grondgebonden veehouderij

Het is tijd voor Control-Alt-Delete. Beste heer/mevrouw, Ik zou graag met u spreken over de Kringloopwijzer en de afrekenbare Stoffenbalans . Veehouders kunnen elk jaar gebruikmaken van de mogelijkheden die de Kringloopwijzer en andere verantwoordingstools bieden, om zo de af te voeren mesthoeveelheid flink te verlagen . Dit kan omdat door de uitkomsten van de berekeningen in de tools veel minder mest afgevoerd hoeft te worden dan wanneer de Kringloopwijzer/andere tools goed zouden functioneren.   Dat is gebruikmaken van de mogelijkheden die er zijn. En dat levert behoorlijk financieel voordeel op. Met de mogelijkheden binnen de Kringloopwijzer worden de kuilmonsters bedoeld. Deze mogen namelijk net zo vaak genomen worden totdat er een uitkomst uitkomt die 'past'. Die kuilmonsters worden genomen uit dezelfde kuil. Wanneer je weet waar er eiwitarm voer ingekuild is laat je daar een kuilmonster steken voor de mestboekhouding.  Een ander voorbeeld: wanneer je 5 kuilen hebt, waarvan 1 met eigen voer en 4 met aangekocht voer dan mag men zelf kiezen waar het kuilmonster genomen wordt. Je kunt net zo vaak steken als je wilt, om zodoende het “ goede “ monster te krijgen. Echter, wat zegt dit over de BEX en de Kringloopwijzer?  Het stellen van doelen en de mogelijkheden die er binnen een afrekenbare stoffenbalans zijn om je eigen gewenste resultaat te creëren zijn perverse fraudeprikkkels. Er is maar 1 ding echt belangrijk om duurzaam te ondernemen: Zorg voor een uitstekende relatie met je kuil- en mestmonsternemer!!! Een goede adviseur creëert voor de veehouderij van de toekomst de gewenste uitkomsten om de doelen te behalen. Het liefst doet een adviseur/ stikstofcoach met een voucher van de Nederlandse overheid.

Nieuwe reacties

TIMO BURGERS: Ik wil voorkomen dat ik met mijn rug tegen de muur kom te staan

'Als het buigen of barsten wordt, dan ga ik buigen' Column TIMO BURGERS: In een eerdere column heb ik geschreven dat ik met mijn bedrijf piekbelaster ben. En in een andere column dat de stoppersregeling gedoemd was een mislukking te worden. Het kan verkeren. Ik heb me aangemeld voor de Lbv-plusregeling. De koeien gaan weg. Het label piekbelaster dwingt je na te denken over je eigen toekomst. Ik heb een lijst gemaakt met alle redenen om te stoppen en redenen om door te gaan. De lijst met argumenten voor stoppen was het langst. De ongemakkelijke waarheid is dat ik het niet kan opbrengen om meer dan 30 euro per kuub te betalen voor mestafzet als we geen derogatie meer hebben. Zeker niet in combinatie met de sterk gestegen rente. Ik wil tot elke prijs voorkomen dat ik met mijn rug tegen de muur kom te staan en word gedwongen het hele bedrijf te verkopen. We hebben altijd kunnen leven van de boerderij, maar ik vrees voor de komende vijf jaar. Het is niet dat de stoppersregeling zo aantrekkelijk is, het is meer dat doorgaan erg moeilijk wordt. Als ik kijk naar hoe het bij ons gaat, dan zijn er redenen te bedenken waarom de regeling op een goed moment komt. Ik heb steeds vaker last van PHPD (pijntje hier, pijntje daar) en mijn stal is een keer toe aan een flinke renovatie. Eerst renoveren en dan stoppen is idioot. Maar vooral is het stoppen nu een bewuste keuze, niet een noodzaak uit armoede. Ik wil voorkomen dat ik met mijn rug tegen de muur kom te staan Alle kalveren gaan al een poosje weg. De koeien blijven binnen omdat overal waar het kon mais is gezaaid. Als het voer op is, zullen ze vertrekken. Ik ben nog steeds kwaad om het beleid van het vorige kabinet. Het computermodel heeft berekend dat mijn niet heel grote veestapel een bedreiging is voor de natuur en moet verdwijnen. Daarvoor is geld beschikbaar dat de belastingbetaler heeft opgebracht. Te verwaarlozen berekende natuurwinst Gevolg is nu al dat mijn koeien uit de wei zijn verdwenen. Het landschap is saaier geworden. Mijn blijvende grasland is gescheurd, waardoor de biodiversiteit is verminderd. Ook voor de weidevogels is dat niet gunstig. Er spoelen meer meststoffen uit door de teelt van mais in plaats van gras en ik heb nog nooit zo veel bestrijdingsmiddelen gebruikt als dit jaar. En waarvoor? Voor een te verwaarlozen berekende winst voor de natuur vanwege minder stikstofuitstoot. Nederland heeft een nieuw kabinet met een nieuw landbouwbeleid. Qua landbouw heb ik vertrouwen in dat kabinet. Maar omdat de meeste regels uit Brussel komen, ben ik bang dat er niet veel verlichting komt. Misschien zeg ik over een paar jaar wel dat de stoppersregeling het beste is dat mij ooit is overkomen. Nu is het gevoel echter erg dubbel. Bron: https://www.nieuweoogst.nl/nieuws/2024/08/19/als-het-buigen-of-barsten-wordt-dan-ga-ik-buigen

Vreugdenhil en de wet Oneerlijke Handelspraktijken

De Wet Oneerlijke Handelspraktijken (OHP) in de landbouw- en voedselvoorzieningsketen is op 1 november in werking getreden. Doel van de wet is om de onderhandelingspositie van boeren, tuinders en vissers tegenover grotere marktpartijen te versterken. Voorbeelden van handelspraktijken die nu zijn verboden zijn: het op korte termijn annuleren van levering van bederfelijke producten door de afnemer, het te laat betalen van de leverancier door de afnemer of het eenzijdig wijzigen van de leveringsvoorwaarden door de afnemer (zoals volume, kwaliteitsnormen of prijzen) De zaak leverancier vs. Vreugdenhil Vreugdenhil stelt sinds jaar en dag maandelijks eenzijdig de melkprijs vast, op basis van niet nader gespecificeerde “ontwikkelingen in de markt”. Volgens de leverancier is dit in strijd is met wet OHP, omdat dit in feite betekent dat Vreugdenhil eenzijdig de melkprijs wijzigt. Daarnaast hanteert Vreugdenhil een opzegtermijn van 12 maanden. Als de eenzijdig vastgestelde melkprijs ineens blijvend laag zou zijn, is de leverancier daaraan te lang, te weten 12 maanden, gebonden. Vreugdenhil is zich van geen kwaad bewust. Oordeel Geschillencommissie Naar het oordeel van de Geschillencommissie is een prijsvaststelling gebaseerd op de “ontwikkelingen in de markt” voor een leverancier een ruim en een weinig concreet gegeven. Vreugdenhil zal de leverancier dan ook op een toegankelijke en begrijpelijke wijze inzichtelijk moeten maken welke de in dit verband relevante factoren en overwegingen zijn die tot die vastgestelde prijs hebben geleid. Volgens de Geschillencommissie is Vreugdenhil in dit verband inmiddels al enige tijd in overleg is met een belangenvereniging van melkveehouders, waar ook de leverancier bij is aangesloten, om met behulp van een onafhankelijke deskundige een melkprijsbenchmarkmodel te ontwikkelen ter toetsing van de marktconformiteit van de door de afnemer vastgestelde melkprijzen. De commissie zal Vreugdenhil dan ook in de gelegenheid stellen met behulp van een externe deskundige een dergelijk benchmarkmodel te ontwikkelen. https://www.degeschillencommissie.nl/uitspraken/commissie-houdt-beslissing-aan-eerst-deskundig-onderzoek-nodig/ Wat schiet de leverancier op met deze uitspraak? Uit de uitspraak van de Geschillencommissie blijkt dat het te ontwikkelen melkprijs-benchmarkmodel slechts dient om te bekijken of de melkprijzen van Vreugdenhil marktconform zijn. Vreugdenhil wil absoluut niet dat dit melkprijs-benchmarkmodel bepalend is voor de melkprijs: “De afnemer (Vreugdenhil) staat nog steeds positief tegen een benchmark-model voor de melkprijs, maar niet als deze bepalend is voor de melkprijs. Wel als middel om te kunnen ‘controleren’ of de afnemer zijn werk goed doet. Als de leverancier dat niet vindt, kan hij de overeenkomt met de afnemer opzeggen. Wanneer een benchmark-model leidend zou zijn, geeft dat grote(re) schommelingen in de melkprijs, omdat de markten waarop de afnemer actief is ook volatiel zijn. Dat is niet alleen een gevaar voor de continuïteit van het bedrijf van de afnemer, maar zal ook voor de melkleveranciers slechter kunnen uitpakken. Niemand wordt daar beter van.” Op deze manier verandert er dus niets bij Vreugdenhil: Vreugdenhil bepaalt nog steeds eenzijdig de melkprijs.

mlkvhoudr


Topics
8
Reacties
3.340
Volgers

Over mij

Leeftijd: 112jr
Laatst online: 39min geleden

Bedrijven

Ervaring

Ik heb ervaring met de volgende machines:

Merk / type Waardering