De koe loopt in een halfopen stal op rubberen matten. Daaronder zit een ‘intelligente vloer’, die de urine van de koeien scheidt van de poep. Aan dat laatste gedeelte wordt biogas onttrokken. Dat gas wordt gebruikt voor de verwarming van het boerenbedrijf en voor de opwekking van elektriciteit. De boerderij voorziet zichzelf van energie.
De stal zelf wordt schoongehouden door een robot, die op gezette tijden langskomt. Doordat de koeien niet op beton liggen maar op rubberen matten, is hun welzijn hoger en leven ze langer. De boer heeft daarom minder kalveren nodig.
Het voer van de koeien wordt geteeld in een eendenkroosvijver, die vlak naast de stal is aangelegd. Als voedingsstof voor het eendenkroos wordt de mest van de koeien gebruikt.
Rondom de veestal staan notenbomen. Vliegen houden niet van notenbomen en blijven weg bij de koeien. Dwars door de stal voert een wandelpad, zodat recreanten zelf kunnen zien hoe de koeien leven. Op het erf staat eventueel nog een grote houtkachel, waarin afvalhout van het bedrijf gestookt kan worden. Op de stallen zelf worden zonnepanelen gemonteerd.
Allemaal onrealistische toekomstmuziek? Nee, over twee jaar moet deze boerderij van de toekomst klaar zijn. Onder leiding van agrariër Beerd Flier en directeur Harm Post van het Arnhemse stedenbouwkundig bureau Oostzee werkt een stichting aan een model voor dit type boerderij.
Zie voor het complete artikel De Gelderlander van zaterdag: [www.gelderlander.nl]
Reacties